Tip Cover van Mijn eerste natuurgids: Ik zie een eend
Auteur
Kay Vincent
Uitgeverij
Gottmer

Mijn eerste natuurgids: Ik zie een eend

In dit flapjesboek leren we op elke bladzijde een andere vogel kennen. Prikkelende vragen met antwoorden verstopt onder flapjes maken van dit boek een eerste weetjesboek voor peuters. 

Speel- en voorleestips

Laat je kindje dit boek op eigen tempo ontdekken. Elke dubbele bladzijde stelt een andere vogel voor en begint steeds met “ik zie een …” eend, meeuw, specht, duif en uil. Laat je kindje zelf de bladzijdes omdraaien, de flapjes opheffen, het tempo bepalen. Speel in op wat hij aanwijst, ga in gesprek over de vogels, hoe ze eruit zien, waar ze wonen, welk geluid ze maken, wat ze aan het doen zijn in het boek. Zoom in op details en vertel wat er nog meer te zien is in het boek. Wat doet de kat op het dak? Waar vliegen die bijtjes naar toe? Wat zie je nog op het strand? Speel een kriebelspelletje met de krab!
Maak van je vingers krabbenpootjes terwijl je dit versje zegt: 

Komt een kriebelkrabje aan 
op zijn pootjes 
op zijn pootjes 
komt een kriebelkrabje aan 
komt je kriebelen aan je … (neus, oren, …) 


Afhankelijk van het seizoen kan je samen met je kindje aan het knutselen gaan voor de vogels in jouw tuin of op jouw terras: een vogelhuisje timmeren in de herfst, vetbollen vol zaad in de winter, een vogelnestje van takjes en twijgjes in de lente en een drinkbakje in de zomer. Welke vogels komen er op bezoek?