Net voor corona ons hele doen en laten overhoop haalde, startten we met een nieuwe Boekstart-piloot in de kinderopvang. Het traject is een initiatief van Iedereen Leest en het Vormingscentrum Opvoeding en Kinderopvang (VCOK) en wil onderzoeken hoe kinderopvanginitiatieven en bibliotheken elkaar kunnen versterken om te komen tot een inspirerende leesomgeving. Intussen zijn we bijna klaar om het piloottraject af te ronden. Tijd voor een verslag.
In februari 2020 gaven twaalf Boekstart-gemeenten de aftrap van het traject ‘inspirerende leesomgeving in de kinderopvang’. Twee medewerkers van de kinderopvang en één bibmedewerker van elke gemeente engageerden zich om samen het traject te doorlopen en zo te leren hoe ze elkaar kunnen versterken om boeken en voorlezen ook voor de allerjongsten een vaste plek in hun werking te geven. De deelnemende gemeentes voor dit piloottraject zijn Brakel, Izegem, Ingelmunster, Merelbeke, Waregem, Lebbeke, Overijse, Turnhout, Hoogstraten, Bree, Lier en Hulshout.
Dat het verloop van het traject anders uitdraaide dan we oorspronkelijk gepland hadden, behoeft niet veel uitleg. Na de gezamenlijke startdag in februari zou het traject in kleinere groepen regionaal verder gezet worden met voor elke bijeenkomst een verschillend thema. Die live ontmoetingen werden even on hold gezet. Toen bleek dat afspreken in levende lijve nog even geen optie zou zijn, kreeg het traject een digitaal vervolg met een eerste sessie in oktober 2020.
Gezien de ruime tijd tussen de startdag en het tweede ontmoetingsmoment, was, een opfrissing van de doelstellingen van het traject geen overbodige luxe, maar heel wat kinderdagverblijven hadden met de bagage van de startdag toch al één en ander onder handen genomen.
Vooral op vlak van de fysieke leesomgeving werden er al acties ondernomen: leeshoeken werden gezelliger gemaakt, boeken kregen een plek binnen bereik van kinderhanden en het boekenaanbod werd op heel wat plekken geïnventariseerd en aangevuld. Stoffen-en badboekjes bleken bij veel kinderdagverblijven nog ondervertegenwoordigd, een veelvoorkomend actiepunt!
Met behulp van digitale breakout-rooms staken bibliotheken en kinderdagverblijven opnieuw de koppen bij mekaar om te komen tot nieuwe, concrete actiepunten voor de Voorleesweek. Laagdrempelige plannen als voorleesmomenten voor de allerjongsten met een bibmedewerker, bibliotheekbezoeken met de kinderen of wisselcollecties stonden in de stijgers.
Het traject vond een tweede adem, het digitale aspect zorgde er zelfs voor dat bijeenkomsten vlotter te plannen waren. De digitale sessies van december stonden in het teken van een concrete checklist waarin alle aspecten van een inspirerende leesomgeving aan bod komen. De deelnemers werden gevraagd om naast de fysieke leesomgeving en het boekenaanbod ook verder na te denken over zaken als ouderbetrokkenheid, diversiteit, tijd en activiteiten. Op welke vlakken is er vooruitgang geboekt, waar zijn er vragen, wat gaat moeilijk en wat zijn (blijvende) werkpunten.
Verder stond de decembersessie in het teken van de voorleescoördinator en welke rol die kan spelen om ervoor te zorgen dat de inspirerende leesomgeving geborgd wordt. Ieder kinderdagverblijf werd gevraagd om een persoon of een duo aan te stellen als coördinator en ook tijd te voorzien in hun werkpakket om de rol te kunnen verwezenlijken.
De voorleescoördinator wordt een waar aanspreekpunt voor alles wat het voorleesbeleid van de kinderopvang aangaat. Dat gaat van het onderhoud van de collectie tot het bewaken van de voorleesroutines en het zichtbaar maken van lezen in de opvang tot het coachen van collega’s. Dat laatste blijkt voor veel velen nog het moeilijkst, want hoe coach je nu best je collega’s in dat voorlezen? Hoe maak je hen vertrouwd met het interactief voorlezen aan de allerkleinsten en hoe overtuig je hen om trouw te durven zijn aan hun eigen stijl? In de eerste plaats door zelf een inspirerend voorbeeld te zijn! Het jaar wordt afgesloten met de opdracht om te waken over vaste voorleesmomenten en zo regelmatig te oefenen met het voorlezen en collega’s te ondersteunen. Baby’s en peuters houden van routine, dat is niet anders bij het voorlezen!
In februari zagen we elkaar terug, via de intussen vertrouwde Zoom. Voorleescoördinatoren werden overal aangesteld, op de meeste plekken met een duidelijk takenpakket. Ook het coachen van collega’s werd hier en daar al eens uitgetest, net als het voorlezen in kleinere groepjes. Twee aspecten die tijd nodig hebben om echt ingang te vinden, maar de klik is in de heel wat kinderdagverblijven wel echt gemaakt. Op de meeste plekken staat de fysieke leesomgeving nu echt op punt, nu is het zaak om een structureel ‘voorleesbeleid’ ook echt ingang te doen vinden. Ieder kinderdagverblijf kiest andere speerpunten om als eerste mee aan de slag te gaan.
“Elke leefgroep heeft een knus leeshoekje. De begeleidsters vinden dat inrichten erg leuk. We moeten wel bewaken dat de essentie niet verloren gaat, dat het nieuwe leeshoekje dan ook effectief goed gebruikt wordt.”, horen we in Izegem. “De begeleidsters ervaren ook dat het één op één voorlezen moeilijk is omdat andere kinderen steeds nieuwsgierig zijn en mee willen luisteren.”
In het kinderdagverblijf van Lebbeke is het voorlezen steeds meer ingebed in de dagelijkse werking: “Voorlezen is opgenomen in het onthaaltraject voor medewerkers.
Nieuwe medewerkers krijgen een boekje met uitleg over voorlezen. Om de zes maanden is er een evaluatiemoment en nemen we ook het voorlezen op met de medewerkers. Ze moeten dan een werkpunt kiezen uit het boekje waar ze mee bezig willen zijn op vlak van voorlezen.”, vertelt Kelly.
In Lier gingen ze de creatieve toer op: “Elke leefgroep heeft een eigen boekje gemaakt. Dat gaf echt een heel mooi resultaat. Het boekje werd een soort verhaaltje over de structuur en dingen van de dag met een versje en met foto’s van de kinderen uit de groep.”, vertelt Hildegarde. “We hebben alle begeleiders ook eens in een andere groep laten voorlezen, omdat andere kinderen ook anders reageren. Zo worden de begeleiders ook op vlak van voorlezen eens uit hun comfortzone gelokt.”
In Waregem vullen de bibliotheek en het kinderdagverblijf elkaar mooi aan op vlak van collectie én ouderbetrokkenheid. “We hebben tien snipperzakjes gemaakt met telkens vier boekjes, een speelgoedje en tips van de Boekstart-website (bv rond bewegen of in bad gaan). De twee kinderdagverblijven hebben elk twee tasjes gekregen zodat ze ze kunnen tonen aan ouders. Ze stuurden ook een brief naar de ouders om de Voorleesweek aan te kondigen met info rond de snippertasjes. Verder hebben ze de snippertasjes samen met de kinderen ontdekt in de leefgroep. Daar maakten ze filmpjes van, die ze ook verspreidden in de gesloten Facebookgroep van de kinderopvang, zodat ouders de snippertasjes ook echt mee konden ontdekken. De snippertasjes worden nu heel vlot uitgeleend in de bib!”, vertelt Eva van de bib.
De getuigenissen en de ervaringsuitwisselingen, maken het traject erg waardevol. Bibliotheken en kinderdagverblijven nemen heel wat kleine of grote ideeën van mekaar over, of leren dingen vanuit een ander perspectief te bekijken.
Ze delen hun ideeën via het online platform Padlet, opgedeeld in de verschillende bouwstenen van de kwalitatieve leesomgeving. Daar vinden we intussen een kleurrijke en vrolijke verzameling van foto’s, brochures, boekencollecties die steeds aangevuld wordt. Een levendig inspiratieplatform dat blijft groeien!
De februarisessie werd afgesloten met een inspiratievoorstelling van het boekenaanbod. Alle deelnemende kinderdagverblijven kregen immers een tegoedbon om bij hun lokale boekhandel aan te kloppen om hun boekenaanbod uit te breiden. Wij laten graag zien wat er zoal op de markt is!
Als afsluiter werden de deelnemers gevraagd na te denken over hun leesplan. Hoe willen de kinderdagverblijven verder in de nabije én verdere toekomst? Wat zijn de doelstellingen en hoe worden die bewaakt? Aan de voorleescoördinator om het leesplan mee vorm te geven en te bewaken. Alle leesplannen werden ingestuurd en deelnemers krijgen nu tot het najaar de tijd om één en ander echt te implementeren in de werking.
Dit najaar wordt het traject afgesloten met een fysiek terugkommoment, waarbij de leesplannen nog eens onder de loep worden genomen, maar er vooral ook veel ruimte is voor ervaringsuitwisseling. Voor babbels bij een lunch en een kop koffie, samen aan tafel in plaats van achter het scherm.