Wat zie je in de tuin, nijntje?
Een stoffen leporello boekje in zwart en wit met diertjes die je in de tuin kan tegenkomen: een mus, een worm, een bij of een poes. Ga samen met Nijntje op ontdekking!
Speel- en voorleestips
Geef je baby dit boekje zodat die er zelf mee kan handelen en experimenteren. Observeer wat je baby ermee doet en benoem dit. Maak je kindje ook attent op de dingen die er te zien zijn. Kijk, een bij -zoem zoem-: maak het geluid van de bij terwijl je met je vinger je baby kriebelt en aanraakt. Doe hetzelfde met de worm, waarbij je je vinger kronkelend over het lijfje van je baby laat glijden. De egel heeft prikkende stekels: Laat je vinger -prikkeprik- landen op de armen, de benen, het buikje, … van je baby.
Zing en speel, ook met dit versje:
Vlindertje, vlindertje in de tuin (maak fladderende wapperende bewegingen met je vingers)
landt maar lekker op mijn kruin (laat het vlindertje neerstrijken op het hoofd van je baby)
vlieg heel hoog en maak een duik (fladder je handen heel hoog)
landt maar lekker op mijn buik (fladder in duikvlucht tot op de buik van je baby)
Vlindertje, vlindertje, ben je moe?
Doe dan maar je oogjes toe… (leg je vingers zachtjes op de oogjes van je baby of geef een zacht kusje op zijn voorhoofd).
Je kan het boekje ook rechtop neerzetten naast het speelmatje – het is een harmonicaboekje met aan de ene kant zwartomlijnde tekeningen op een witte achtergrond en aan de andere kant wit omlijnde tekeningen op een zwarte achtergrond. Zo kan je je baby stimuleren om op zijn buikje te liggen en zijn hoofd op te tillen.
