Dieren
Een boekje vol dieren. Op de ene bladzijde staat een mamadier die haar baby zoekt tussen een heleboel dieren op de tegenoverliggende bladzijde. Wie hoort er samen?
Speel- en voorleestips
In dit boek staan ontzettend veel dieren getekend die je kan aanwijzen en benoemen. Je kan hun geluiden nadoen en de dieren tot in het detail beschrijven. Zag je de scherpe tanden van de krokodil? De mooie staart van het zeepaard? De lange nek van de struisvogel en de dikke pluizige staart van de vos?
Maar er zitten nog veel meer spelmogelijkheden in!
Lees het boek voor en ga op zoek naar de babydieren. Wie hoort samen? Zo oefen je speels het zoeken naar overeenkomsten. Gebruik hierbij ook het woord hetzelfde of dezelfde, en tegenstellingen als klein en groot. Op de laatste bladzijde staan alle mama’s met hun baby’s! Wie heeft de meeste baby’s?
Lees dit gedicht voor tijdens het zoeken:
Ik ben zoek (Bies van Ede)
Ik ben niet hier.
Ik ben niet daar.
Je ziet me niet.
Dus zoek me maar.
Je zoekt je suf.
En dat is raar.
Ik ben er toch?
Weet jij niet waar?
Ik ben zo zoek…
Ben ik er wel?
Kijk maar heel goed.
En vind me snel.
Zoom daarna nog eens in op de tekeningen waarop alle dieren staan en zoek. Waarvan zie je er twee of drie (dezelfde)? Wie kan springen? Vliegen? Zwemmen? Welke heb je al eens echt gezien? Welke durf je te aaien? Wie heeft strepen? Vlekjes? Stipjes?
Heb je speelgoeddiertjes? Zoek er enkele uit en benoem ze. Verstop ze onder een doek. Laat je kindje zijn ogen sluiten en neem stiekem één diertje weg. Ogen open, doek weg en raden maar: welk diertje is er weg?
